skip to Main Content

Preutse Paradoxen

Preutse Paradoxen

De preutsheid van het Victoriaanse tijdperk in Engelssprekende landen onder vooral de gegoede burgerij is bijna spreekwoordelijk. Tafelpoten zouden zijn bedekt, omdat het toch een soort ‘benen’ waren, bij het zien van een ontblote enkel zouden mannen bijkans in katzwijm van lust gevallen zijn, woorden als ‘ondergoed’ en ‘stier’ waren uit den boze.

Maar naarmate ik meer onderzoek deed voor mijn boeken, begonnen mij dingen op te vallen die dit weerspraken. Misschien dat er naar de buitenwereld toe vooral gehecht werd aan decorum en etiquette, maar binnenshuis, in privésferen kreeg ik niet het idee dat het allemaal zo bekrompen en verkrampt was als ik altijd gedacht had.

Ik stuitte op bewijzen van paartjes (in de lagere lagen van de maatschappij) die probleemloos, zelfs met kinderen, langere tijd samenwoonden voor het tot trouwen kwam. Ik zag pornografische foto’s en schrijfsels, die vrij circuleerden. Ik las niets-verhullende advertenties voor voorbehoedsmiddelen en abortus. En dan was er nog de behandeling van vrouwelijke hysterie, die me ook de wenkbrauwen deed fronsen.

Tijd dus voor wat onderzoek.

Wat blijkt? De meeste onderzoekers zijn het ermee eens dat de Victoriaans preutsheid een mythe is die voornamelijk na de WWI in de wereld gebracht is. Het hoe en waarom is een lang en technisch, en vooral saai verhaal, dus dat laat ik even buiten beschouwing. Maar de ‘bewijslast’ levert wat problemen op. Wat de één aanhaalt als hét bewijs dat het met die preutsheid allemaal wel meeviel, wordt door de ander volledig als ‘aannames’ afgebrand.

Zucht…

Het begon in mijn stamboom. In de negentiende eeuw zag ik dat één van mijn voorouders pas trouwde nadat er al twee kinderen waren. Al die tijd hadden ze als man en vrouw gewerkt en geleefd. Wat precies de oorzaak was dat het huwelijk vijf jaar lang uitgesteld is, heb ik niet kunnen achterhalen, maar blijkbaar was het geen onoverkomelijk probleem. De eerstgeborene werd bij het huwelijk van zijn ouders geëcht, het tweede kind pas bij haar eigen huwelijk.

Ik stuitte daarbij op een samenvatting van het werk Living in Sin: Cohabiting as Husband and Wife in Nineteenth-Century England van Ginger Frost. Het boek komt met bewijs (uit kranten van toen, politie- en rechtbankverslagen e.d.) dat de 19e eeuw een periode was van ‘energetische huwelijkse non-conformiteit onder stelletjes van alle sociale klassen’. Stelletjes en gemeenschappen verzetten zich vaak tegen de wettige definities van huwelijk en scheiding die hun opgelegd waren met de Huwelijkswet van 1753 en de Scheidingswet van 1857.

Natuurlijk, dit gaat over Engeland, maar het valt aan te nemen dat dit voor andere landen ook wel eens gegolden kan hebben. En in Engeland leek over het algemeen tussen 1760 en 1840 samenwonen meer wijdverspreid geweest te zijn. Alleen tussen 1840 en 1880 zou het een tijd strenger geweest te zijn.

Wat deed volgens Frost mensen besluiten samen te wonen in plaats van ‘keurig’ te trouwen? Ze onderscheidt drie groepen: zij die niet konden trouwen vanwege eerdere huwelijken of te nauwe verwantschap, zij die geen interesse in het huwelijk hadden en zich niets aantrokken van sociale druk, en zij die wat tegen het instituut zelf hadden.

Maar in het geval van mijn voorouders was er zeker geen sprake van verwantschap of bigamie en blijkbaar trokken ze zich wel iets van sociale conventies aan, want later trouwden ze alsnog. Was het probleem geld? Ontbrekende documenten? Ik bezit te weinig kennis en te weinig tijd voor gedegen onderzoek om hier een antwoord op te geven. Wie het weet, mag het zeggen. Maar feit blijft dat het voorkwam en blijkbaar niet tot volledige sociale uitsluiting leidde.

Na deze voor mij verrassende vondst over mijn voorouders, kwam ik tot de ontdekking dat foto’s en boeken van seksuele aard lang zo tam niet waren als ik lange tijd had aangenomen. Zo stuitte ik bij onderzoek voor mijn romans die zich afspelen tijdens de Civil War op het boekje The Lustful Turk en hoewel er wordt gedaan alsof de foto’s van de beroemde Adah Isaacs Menken, die op haar meeste foto’s in een soort bedekkend ondergoed staat, het hoogste niveau van oh-la-la waren, is dat verre van waar. Wie expliciete foto’s uit die tijd wil zien, kan online het artikel van Rebecca Kamm opzoeken, The Unbridled Joy of Victorian Porn (of anders even langs het Sexmuseum in Amsterdam gaan).

Volgens dat artikel was het vrouwelijk orgasme ontzettend belangrijk in het Victoriaanse tijdperk. Ze geloofden immers dat je zonder orgasme niet zwanger kon worden. Bovendien geloofden ze dat luie, liefdeloze seks zou leiden tot zwakke, ziekelijke kinderen.

Tegelijkertijd verklaren sommige medische boeken uit die tijd dat orgasmes slecht zijn, omdat ze moe maken en vrouwen die te veel masturbeerden werden gevangengezet. Dat is dus een tweeledige moraal die het moeilijk maakt de ware, achter-de-deuren seksualiteit te vangen.

Over orgasmes gesproken: was het nu wel of niet waar dat artsen in die tijd vrouwen met de hand of een vibrator bevredigden om ‘vrouwelijke hysterie’ te behandelen? Volgens het artikel Victorian-Era Orgasms and the Crisis of Peer Review van Robinson Meyer en Ashley Fetters is het een mythe, omdat er geen enkel bewijs voor zou zijn.

Maar hoe komen we dan bij dit verhaal? Het stamt uit het werk van Rachel Maines (The Technology of Orgasm uit 1999), waarin ze dit glashard beweert zonder met bronnen te komen, die dus niet te vinden lijken te zijn. Zijzelf beweerde later dat het alleen een hypothese was, waar mensen mee aan de haal zijn gegaan.

Ook voor dames waren er pornografische werkjes beschikbaar, met titels als Advice for the Maiden Wife and Mother of The Godly Marriage, vol met tips en tricks of zelfs duidelijke illustraties.

Maar terug naar waar het werkelijk om ging: de vermeende Victoriaanse preutsheid.

In liefdesbrieven zien we ook weinig restricties in de omgang tussen man en vrouw. Ik ben er in de afgelopen jaren meerdere tegengekomen, maar nu ik ze weer online zocht om hier wat voorbeelden te geven, kon ik ze niet meer vinden. Dat gebeurt wel vaker: je zoekt naar A, maar stuit dan op B en als je later alsnog B nodig hebt, is het met die zoektermen niet meer te vinden.

Hoe dan ook was het vrijer dan we zouden denken. Zelfs koningin Victoria, het toonbeeld van preutsheid in onze ogen, sprak met vrienden en verwanten tot in detail over haar liefdesleven. Aan haar vriend minister Lord Melbourne (een man dus!) schrijft ze: “It was a gratifying and bewildering experience. I never, never spent such an evening. His excessive love and affection gave me feelings of heavenly love and happiness. He clasped me in his arms en we kissed each other again and again.”

En dan zijn er dus de talloze advertenties voor allerlei middeltjes om zwangerschap te voorkomen of te onderbreken, schijnbaar niet de enorme taboes die we dachten. Natuurlijk, bij de wet was het verboden, maar dat wilde niet zeggen dat het er niet was. En in kranten werd het openlijk aangeprezen. Je moet als 21e-eeuwer alleen weten naar welke woorden je moet zoeken.

Naast seksspeeltjes bestond er ook een grote variëteit aan materialen om zwangerschap te voorkomen, van sponsen tot douches en condooms.

Zo’n spons werd dan een ‘sanitary sponge’ genoemd, een pessarium kon je verkrijgen onder de naam ‘Dumas cap’. Pillen om een abortus op te wekken werden ‘moederhelper’ of ‘Portugese vrouwenpil’ of ‘renovating pills from Germany’ genoemd en werden aangeprezen als medicijn voor hen die ‘labored under the suppression of their natural illness’.

In bovenstaande zien we twee valkuilen die veelvuldig terugkeren wanneer we naar geschiedenis kijken. De eerste is in het klakkeloos overnemen van een enkele bron, waardoor broodjes aap ontstaan, de andere is dat we naar het verleden kijken door een moderne bril met hedendaagse interpretaties of gewoon niet weten waar we naar zoeken moeten, omdat de taal veranderd is. Bovendien is dat wat in de wet verankerd was en wat het voorgeschreven gedrag naar de buitenwacht toe voor de hogere klasse was, niet altijd wat er door de gewone man achter de deur gepraktiseerd werd of hoe men dacht.

Met andere woorden, de 19e eeuw was niet zo preuts als we lange tijd gedacht hebben. Dat idee is in het begin van de 20e eeuw in zwang gekomen en lijkt bijna onuitroeibaar.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Back To Top