Feiten versus Fantasie
Op een goede zomerdag, bruisend van energie over je net genomen besluit: je gaat een historische roman schrijven. En dan begint de ellende…
Zo begint mijn biografie en hoe waar is het! Want een roman heeft een boeiend verhaal nodig en hoofdpersonen van wie je gaat houden of die je gaat haten. Maar een historische roman heeft nog iets anders nodig: authenticiteit. En dus research. Heel veel research.
Dat lijkt eenvoudiger dan het is. Natuurlijk, bepaalde gebeurtenissen, zoals veldslagen, stadsbranden en dergelijke, zijn over het algemeen goed beschreven, hoewel hoe verder je teruggaat in de tijd, des te schaarser de informatie wordt, maar de struikelblokken zitten hem juist in wat niet beschreven is. En dan met name in wat voor de huidige mens zo vanzelfsprekend is, dat je er geen seconde bij nadenkt dat het wel eens niet zo hoefde te zijn in het verleden.
Neem nou een zin als “Hij had het koud en stopte zijn handen in zijn zakken”. Niets mis mee, toch? Jawel. Er zijn lange perioden in de geschiedenis geweest dat kleding helemaal geen zakken had! Daar sta je als mens uit de eenentwintigste eeuw gewoon vaak niet bij stil.
Of je besluit als schrijver dat je vrouwelijke hoofdpersoon naar haar grootouders wil en ze pakt de postkoets. Klinkt allemaal erg historisch verantwoord. Of toch niet? Nee, dat is het niet. Een dame reisde namelijk niet alleen in het verleden. Oeps! En zo is de eerste fout in je verhaal geslopen, een fout die vaak moeilijk te herstellen is, omdat het vérgaande implicaties kan hebben voor het verhaal als ze een mannelijke begeleider heeft.
Dubbele complicatie is wanneer je geografie combineert met historie. Dan heb je niet alleen te maken met hoe dingen vroeger waren, maar ook hoe dingen vroeger elders waren. En bronnen voor het verleden buiten Europa zijn veel schaarser.
Maar zelfs als geschiedenis geen rol speelt, zijn er vele valkuilen voor schrijvers. Zo beschreef ik eens in een boek hoe Rochette haar voeten brandde aan het Caribische strandzand. En waarom niet? Dat is immers onze ervaring als wij hier op het Nederlandse strand op een hete, zonnige dag lopen. Tot ik zelf op vakantie in Mexico leerde dat dit niet voor alle stranden geldt. Want ons strandzand is opgebouwd uit glasdeeltjes, terwijl Mexicaans zand bestaat uit koraaldeeltjes. Dat zand is van een heel andere structuur en wordt helemaal niet zo heet! Gelukkig kwam ik er voor publicatie achter en kon ik het nog veranderen.
Soms kom je ergens ook te laat achter, zoals het feit dat vroeger de kerkklok niet elk uur de tijd sloeg… Toen ik dat ontdekte, was het boek al gedrukt.
Een ander enorm struikelblok is wat ik het Hollywood-effect noem. Als je maar vaak genoeg iets in een geschiedenisfilm ziet, wordt het op een gegeven moment een feit. Vaak denk je er niet eens meer bij na. Treinen die in cowboyfilms al rijdend ontkoppeld worden, dynamiet dat voor 1867 wordt gebruikt (ja, ook in Django Unchained gebeurt dit), het is maar een kleine greep uit de vele ‘feiten’ die wij door de bioscoop voor waar aan zijn gaan nemen.
Of in geval van mijn serie over boekaniers: we zien in elke historische film over zeeschepen altijd een stoere matroos aan een stuurwiel staan, terwijl dat pas tegen 1700 geïntroduceerd is! Voor die tijd werd er gebruik gemaakt van een kolderstok benedendeks. Ja, ik snap dat het eerste plaatje er heroïscher uitziet dan het tweede, maar correct is het niet om een schip van een piraat of de Ruyter of Hudson een stuurrad te geven. Het is precies daarom dat ik het zo treurig vind dat filmmakers niet secuurder op authenticiteit zijn. Het geeft een collectief verkeerd beeld dat voor waar wordt aangenomen.
Maar zelfs als je wel bronnen hebt, moet je je afvragen hoe betrouwbaar die bronnen zijn. Dikwijls spreken twee bronnen, die beide betrouwbaar lijken, elkaar tegen. Biografieën zijn dikwijls gekleurd. Bronnen kunnen propaganda bevatten of anderzijds politiek beïnvloed zijn. Nu heb ik het geluk dat ik ook bronnen uit andere talen dan alleen Nederlands kan lezen, waardoor ik toegang heb tot andere invalshoeken, maar dat compliceert de zaak vaak alleen maar. Leg maar eens een Nederlands en een Spaans geschiedenisboek over de Tachtigjarige Oorlog naast elkaar…
En dikwijls is er gewoon niets te vinden. Dan kun je kiezen: je schrijft er omheen door het weg te laten of te verzwijgen, of je vult het naar eigen goeddunken in. Dat is voor mij vaak een enorm lastige keuze.
Het is hetzelfde hete hangijzer dat ook in mijn hobby (re-enactment) speelt: hoe authentiek kun je, wil je en moet je zijn?
Leuk om te lezen! Dat is een van de redenen waarom ik het bij fantasy houd (hoewel ik mij graag door geschiedenis laat inspireren). Ik schrijf on the fly, zonder vast vooropgestelde verhaallijn. En dat is voor mij niet met een historische roman te combineren.
Dat begrijp ik. Ik probeer nu trouwens ook fantasy om te zien hoe het is als ik eens niet gebonden ben aan allerlei kaders.
Héérlijk om te weten dat je zo authentiek bezig bent. Als vrijwilliger in het NH oud notarieel archief smul ik van de feiten die daar opduiken. En als iemand die 25 jaar in de VS gewoond heeft en James Michener’s Chesapeake las in Maryland, en later meerdere van zijn boeken, ben ik nu benieuwd naar jouw boeken!!
Dankjewel! Je bent altijd van harte welkom om mijn Facebook-pagina (Rona Kreekel – auteur) te liken. Daar blijf je op de hoogte als er een nieuw boek aankomt, als ik een nieuwe blog plaats of wanneer een boek in de bibliotheek wordt opgenomen.