Onbekende Wateren
Nu door de aanhoudende lockdown ook mijn uitgeversavontuur in de vriesstand staat, heb ik mezelf een ietwat verlaat verjaardagscadeau gedaan door één van mijn verhalen in eigen beheer met een kleine oplage via voorinschrijving te laten drukken.
Wel, het is eigenlijk niet één verhaal, het zijn er drie, gebundeld in één dikke roman. De reden is simpel: de opstartkosten per titel zijn hoog en die haal je er pas uit bij een vrij hoge oplage, dus deze opstartkosten één keer of drie keer te moeten betalen maakt nogal een verschil. Daarnaast is de roman qua dikte nu ook meer vergelijkbaar met de andere delen in de Kingston Dances serie, hoewel het wel de allerdikste tot nu toe wordt met ruim 1000 pagina’s.
Het boek valt dus in de Kingston Dances serie, maar gaat niet over Damien Kingston. In plaats daarvan gaat hij over zijn vader, grootmoeder en overgrootvader.
Het eerste verhaal heet Ohio Menuet – Sneeuwschoenen en Lelies en speelt zich af tijdens de French & Indian War in het midden van de 18e eeuw. De titel slaat op de streek waar de oorlog feitelijk om ging en de subtitel op de twee strijdende partijen: sneeuwschoenen voor de Amerikaanse rangers en lelies voor de Franse koninklijke troepen, beide aangevuld met Native stammen.
Ik had nooit interesse in deze oorlog. Ik had wel eens de film The Last of the Mohicans gezien, die tijdens deze oorlog speelt, maar meer ook niet. Feitelijk had ik ook geen enkele voorkennis voor ik aan mijn research begon.
Ik kwam erop doordat ik bij ander research op een stukje stuitte dat mijn interesse wekte. En toen bleek die oorlog heel wat interessanter dan ik van tevoren had gedacht. Het was geen oorlog, zoals gebruikelijk in die tijden. Er waren geen grote veldslagen met enorme troepenbewegingen op open terrein. Het dichte Amerikaanse woud, verstoken van fatsoenlijke wegen, stond manoeuvreren op grote schaal niet toe. In plaats daarvan waren het over het algemeen tamelijk kleine gevechten en schermutselingen die meer weg hadden van hinderlagen en guerrilla en waarbij de inbreng van de Indianen een grote rol speelde.
Het terrein en de geallieerde tegenstander aan beide zijden (de Native Americans) heeft de Amerikaanse stijl van vechten in die eeuw danig beïnvloed en deze oorlog zag de geboorte van de rangers. Robert Rogers’ 28 “Rules of Ranging” uit 1757 worden tot op de dag van vandaag gedoceerd aan US soldaten in de Ranger School.
De Engelsen waren in eerste instantie achterdochtig en terughoudend waar het ‘ranging’ betrof. Maar aangezien de Fransen deze stijl van vechten veel meer omarmden en in het begin wonnen, gingen ze overstag.
De hoofdpersoon is Brandon Picton, Damiens overgrootvader. Hij is de zoon van een blanke bonthandelaar en een Indiaanse vrouw, maar woont in Williamsburg.
Toen ik dit verhaal geschreven had, wilde ik eigenlijk het gat met Damien Kingston overbruggen en daarom begon ik aan Yorktown Jig – De Zwarte Kokarde, dat zich afspeelt tijdens de Amerikaanse Revolutie. Yorktown was uiteraard de plek waar de Engelsen zich overgaven en de oorlog verloren en kokardes waren in die tijd zeer kenmerkend voor zowel burgers als soldaten om hun loyaliteit, land van herkomst of legerrang te tonen.
Ook de Amerikaanse Revolutie had tot dat moment mijn interesse nooit zo gehad. Ook hier bleef het beperkt tot een paar films en een boek: Revolution, Drums Along the Mohawk, The Patriot en Redcoat. Ik moest dan ook flink onderzoek doen.
Hoewel ik deze oorlog lang zo interessant niet vond als de vorige, boeide het geheel me toch meer dan ik van tevoren had gedacht. Vooral de spanningen tussen de aanhangers en tegenstanders van de revolutie spraken me aan.
Het verhaal heeft dan ook niet één hoofdpersoon, maar twee: Damiens grootouders. Zijn grootvader Walter Kingston sr. is een loyalist, zijn grootmoeder Claire Picton een patriot, en dat leidt uiteraard tot de nodige conflicten.
Het derde verhaal heet Chickahominy Cotillon – De Held van 1814 en speelt zich af tussen 1793 en 1831 en gaat over het leven van Damiens beruchte vader Walter Kingston jr. De subtitel slaat op de Oorlog van 1812, hoewel die maar een klein deel van het verhaal dekt.
Ik moest nu wel een nieuwe titel verzinnen voor de drie boeken tezamen en daarbij moest ik wel in de stijl blijven, dus een dans met een subtitel. Het is uiteindelijk geworden Appalachian Wardance – Long Rifle, Tomahawk en Bajonet. Ik heb gekozen voor wardance, omdat drie verschillende oorlogen een belangrijke plek in de verhalen innemen en het is meteen een referentie naar de Native inmenging en invloed in die oorlogen. De strijdende partijen komen terug in de subtitel: de long rifle was het kenmerkende wapen van de Amerikaanse kolonist, de tomahawk uiteraard van de natives en de bajonet voornamelijk van de Franse en Engelse (en Hessische) beroepssoldaten, hoewel reguliere Amerikaanse troepen die ook bij zich droegen.
Ik heb lang moeten dubben over een cover. Ik heb drie kokardes gemaakt, voor elk verhaal één, in de kleuren van de Engelsen, Fransen en Amerikanen. De gekleurde ceintuur staat voor de invloeden van de Native Americans op de manier van vechten van de Amerikanen en de kleding van de rangers. Liever had ik een echte ceinture fléchée gehad, maar de mooie wollen waren nogal prijzig, dus moet deze trapperceintuur maar volstaan. Benen waaiers werden graag gebruikt in die tijd en deze doet eer aan de niet geringe rol van Damiens grootmoeder in het middelste verhaal. De groene, wollen stof staat voor de rangereenheden van de Amerikanen.
Nu ik feitelijk de Amerikaanse ontstaansgeschiedenis van 1750 tot 1890 heb gecoverd met romans, wil ik eigenlijk nog één verhaal schrijven over een niet belangrijk onderdeel hiervan dat hieraan vooraf ging: de periode van de woudlopers en de conflicten tussen de Fransen en Engelsen, tussen Nouvelle France en New England over de beverbonthandel. Interessant materiaal is genoeg voor handen, nu nog een plot dat erbij past verzinnen.
Maar dat heeft tijd, want nu hoop ik eerst de serie over Gwide af kan maken.